In ons vorige blog werd duidelijk dat onze relatie met het systeem geen gezonde was. Maar we hadden wel gezamenlijke kindjes. Wij noemen ze deelnemers, het systeem noemt ze cliënten. Dit raakt misschien wel gelijk de kern van de miscommunicatie binnen deze relatie. Wij geloven in het ontwikkelen van mensen met ieder hun eigen, unieke kwaliteiten. Het systeem gaat uit van patiënten met problemen. Maar of we nu willen of niet, we zijn wel tot elkaar veroordeeld. Het systeem heeft de verplichting om voor zijn cliënten te zorgen en deelnemers komen graag bij Toolbox vanwege de unieke mogelijkheden, werkwijze en veilige cultuur om zich in te kunnen ontwikkelen.
We waren al flink afgedreven van onze oorspronkelijke missie, visie en werkwijze, maar we hadden inmiddels ‘kinderen’ met het systeem, dus zaten er tot over onze oren in. Op zoek dus naar een andere omgangsvorm. We wilden dit laten werken. We waren zelfs bereid om over onze principes heen te stappen als dit beter zou blijken te zijn voor onze deelnemers. Vanuit dit oogpunt hebben we verschillende opties onderzocht;
Optie A viel vanzelfsprekend meteen af.
Met optie B & C hadden we met de kunde en arbeid van de deelnemers misschien wel de kosten kunnen betalen van het systeem. Keerzijde was dat ze tijdens hun dagbesteding steeds harder en meer zouden moeten werken, zodat het systeem steeds minder voor ze zou hoeven te betalen, immers wil het systeem steeds meer verantwoording en administratieve handelingen zien, maar daar steeds minder voor betalen.
"Voor ons voelde dit alsof je dochter van 6 niet meer mag dansen om te ontdekken of ze dat leuk vindt, maar dat ze in plaats daarvan elke dag het huishouden moet doen zodat papa en mama een wijntje kunnen kopen."
Optie D bleef over, maar heeft duidelijke nadelen. Het systeem kijkt heel negatief naar persoonsgebonden budgetten en iedereen die daarmee werkt, omdat er natuurlijk heel veel fraude-gevallen bekend zijn. Wij willen eigenlijk niet geassocieerd worden met die negativiteit, maar wat is belangrijker? Je eigen principes of het welbevinden van je deelnemers?
PGB heeft in onze ogen een nadeel: mensen moeten zelf beoordelen of de zorg die ze inkopen kwaliteit heeft. In sommige gevallen is dat alsof je aan kinderen vraagt of papa en mama wel goed voor ze zorgen. En wat doe je dan als je kind 'nee' zegt? In de praktijk ontstaat toch een soort van afhankelijkheid; hospitaliseren noemen ze dat ook wel.
Toch hebben we gekozen voor deze optie. Als goede ouders hebben we gedaan wat wij dachten dat het best was voor onze ‘kinderen’. Er bestaat namelijk geen hapklare handleiding “perfect opvoeden”. We laten de keus dus bij de deelnemer. Vaak zijn ze oud genoeg. Wij geven ze alle informatie die ze nodig hebben en je eigen keuzes maken is ook een stap naar zelfstandigheid en autonomie.
"Je leert kinderen eerst fietsen met zijwieltjes. Je legt ze uit wat de verkeersregels zijn en pas dan laat je ze zelfstandig de wereld in fietsen."
Samen met de Hanzehogeschool waren wij al langere tijd bezig met een onderzoek naar het meetbaar maken welke invloed de aanwezigheid bij Toolbox heeft op het welbevinden van deelnemers. Wij vinden dat het normaal zou moeten zijn dat je werkwijze een positief effect heeft en dat je niet alleen bezig bent met eigenbelang.
In samenwerking met OpaZ (Ondersteuning Passend Zorgaanbod van het ministerie van VWS) waren we tevens bezig om onze werkwijze en beleid te verbeteren. OPaZ zoekt structurele oplossingen die de zoektocht naar passende zorg bij complexe zorgvragen makkelijker maken.
Grappig. Een zorgvraag zelf is eigenlijk nooit complex, maar een logisch gevolg van iemands persoonlijke situatie. Die situatie vraagt soms om maatwerk. Complexiteit ontstaat pas als dat maatwerk niet goed te organiseren is. Het zorgsysteem heeft dan geen goed antwoord op de vraag. Door mee te werken aan het OPaZ onderzoek willen we het systeem helpen antwoorden te vinden.
Terugkijkend waren wij al die tijd al in therapie met onszelf. We willen hiermee doorgaan. Ondanks dat het systeem negatief staat tegenover de omgangsvorm. Ondanks dat we onze deelnemers meer aan hun lot over moeten laten. Kritisch blijven kijken naar onszelf en de deelnemers de mogelijkheid geven om zelf aan te geven of hun aanwezigheid bij ons goed uitpakt voor ze, ongeacht of het antwoord pijnlijk voor ons is. Met als doel: het welbevinden van de deelnemer.
“Dat is toch wat elke ouder wil. Dat je kind zich ontwikkelt en het beter heeft dan jij het hebt gehad.”
Mocht je geïnteresseerd zijn in de app die we ontwikkeld hebben op basis van al onze praktijkervaring: Een clïentvolgsysteem voor sociale ondernemingen, met daarin een uitgebreide trackingmodule waarin de deelnemer zelf zijn of haar welbevinden kan bijhouden, neem dan contact met ons op. We vertellen je graag meer.
>> Geschreven door: Adriaan Pals >> Tekstregie: Annemiek Boezeman